LUST EN BEDROG
MAIL – POSTVAK UIT
van: Robert
aan: Julia
datum: 16 november 2016 om 12:44
onderwerp: Ik bemin je
—
Mijn allerliefste Julia,
Wat ben je mooi en wat was het mooi! Ik ben alleen thuis en moet aan de slag met het maken van een offerte voor een nieuwe klant, maar ik kan alleen maar denken aan jou en aan hoe bijzonder het gisteren weer was.
Terwijl de regen hier langs de ramen stroomt, sluit ik mijn ogen en zie ik weer hoe het watergordijn van de douche jouw lichaam omhult.
Ik wou dat je hier was. Dan zou ik je weer beetpakken en hier tegen de muur zetten. Mijn handen zouden in je haar grijpen en ik zou je kussen tot je lippen zich kneuzen. Maar ik zal geduldig zijn en wacht nog dertien dagen, één uur en zestien minuten.
Het is een wonder dat wij, na al die jaren, elkaar op deze manier leren kennen. Ik had niet gedacht dat ik dit gevoel van zo intens naar een ander te verlangen ooit nog mee zou maken. Ik dacht dat ik gelukkig was en alles had. Maar blijkbaar was er nog iets dat ik verlangde en dat ik nu bij jou vind. Iets wat ik van jou geen naam mag geven, maar dat mij heel dierbaar is en dat ik nooit meer kwijt wil.
Ik bemin je zoals een man een vrouw hoort te beminnen. En weet als je de regen langs jouw ramen ziet stromen, dat dit mijn hete verlangen naar jou is.
Robert
—
Even weifelt hij, dan drukt hij op de verzendknop. God, wat is Julia onder zijn huid gekropen! Nu maar hopen dat de mail niet te expliciet is. Hij duwt het toetsenbord weg. Eerst lunchen.
Het natte weer maakt de keuken donker, met een tik op de lichtknop verdrijft hij de somberheid. Het keukenraam weerspiegelt zijn buikje. Hij denkt aan Julia. Toch maar geen gebakken eieren. Op zoek naar de eierprikker opent hij het laatje met losse rommel. Zijn oog valt op een zilverkleurig kabouterfiguurtje: een Cornish Pixie, het mythologische figuurtje van wie de mensen in Cornwall geloven dat het huishoudelijke klusje doet in ruil voor verse room of versgebakken brood. Hij pakt het figuurtje op. Julia is ineens ver weg.
Ze waren een jaar getrouwd toen Anastasia het hem gaf op hun vakantie in Cornwall. Dat jaar was wat stroef verlopen. In de weekenden dat zijn kinderen bij hen logeerden ontvluchtte ze vaak hun huis. Volgens haar omdat ze moest trainen voor haar danscarrière, hij vroeg zich wel eens af of het soms jaloezie was omdat hij wel kinderen had en zij niet. In de weekenden dat zijn kinderen er niet waren was ze immers minder vaak weg om te dansen en te trainen. Hij durfde het echter niet te vragen. Hij gooit het kaboutertje op en vangt het weer op, hij ziet haar opnieuw zitten op die steen langs het kustpad. Met de zee op de achtergrond en de zon die haar haar als goud liet glanzen, was ze mooier dan ooit. Mysterieus ook, met een blik die hij niet begreep, gaf ze het hem: Hou het bij je, dan brengt het ons geluk.
Hij hoort het haar weer zeggen en opeens dringt tot hem door hij dat de blik die ze erbij had precies dezelfde was als die na het gesprek bij de gynaecoloog vorige week. Het gesprek waarin de gynaecoloog stilstond bij een eerdere zwangerschap. Die abortus was helemaal niet voor zijn tijd, het vond plaats in hun eerste huwelijksjaar. Godverdomme! Met al zijn kracht slaat hij tegen de la. Hij beukt met zijn vuisten tegen de kastjes en ziet de doos eieren wazig voor hem staan. Hij pakt hem op en smijt de doos tegen zijn weerspiegeling in het keukenraam.
De sleutel wordt omgedraaid in het voordeurslot. Hij kijkt op zijn horloge en ziet dat hij uren met de Cornish Pixie voor zich aan de keukentafel heeft gezeten.
‘Wat een weer.’ Anastasia schudt de regendruppels uit haar haar. Ze wijst naar het vieze keukenraam. ‘Wat is hier gebeurd?’
‘Ik wilde een ei koken.’
‘En dat is ontploft?’ Ze gaat tegenover hem aan de keukentafel zitten en bevrijdt haar voeten uit haar sneakers en doet haar sokken uit.
Hij schuift het zilverkleurige kabouterfiguurtje naar voren. ‘Die vond ik in het keukenlaatje met losse rommel.’
‘Ach ja, Cornwall, wat leuk! Hoe is dat nou in dat laatje beland?’ Ze kijkt hem aan en haar lach ebt weg als ze zijn samengeknepen lippen en ogen ziet. ‘Wat is er?’
‘Weet je nog dat je het mij gaf?’
Ze kijkt hem aan. Zijn blik maakt dat een rode gloed vanuit haar hals omhoog kruipt.
‘Ons eerste huwelijksjaar was toen niet zo lekker verlopen.’
Hij blijft naar haar kijken. Ze slikt, een traan verschijnt in haar ooghoek. En opeens snapt hij het. Het is pijn, pure pijn. Zijn woede verdwijnt.
‘Er is sindsdien veel gebeurd,’ zegt hij zacht.
‘Ja,’ fluistert ze.
Hij buigt zijn hoofd om zijn tranen voor haar te verbergen. Haar voeten zijn vol korsten, bloeduitstortingen en pleisters, ondanks alle pijn blijft ze dansen. Dansen, het is haar lust en haar leven. Onwillekeurig denkt hij aan de gladde voeten met de rode teennagels van Julia. Wat maakt die abortus nu eigenlijk nog uit? ‘Gaat het eigenlijk, repeteren voor het nieuwe stuk met je voeten?’
‘Het gaat.’ Ze staat op en bukt om de eierdoos en eierschalen van de grond te rapen.
Dertien dagen later heeft Robert zijn rendez-vous met Julia. De afgelopen periode met Anastasia was zoals altijd en toch weer niet. Hij is nog in verwarring, maar nu bij Julia, komt hij weer tot zichzelf. Zijn spanning ontlaadt zich.
Achteraf liggen ze in elkaars armen.
‘Ik ben zo gek op je,’ zegt Robert.
‘Oh ja?’ Julia kijkt op.
Hij drukt een kus op haar haren als ze haar hoofd in het holletje van zijn arm nestelt.
‘Ken jij dat ook?’ Zijn vingers kammen door haar haar. ‘Dat opeens het kwartje valt waardoor alles er anders uitziet?’
‘Wat een cryptische vraag.’
‘Nou gewoon. Je denkt dat je alles hebt en opeens staat alles op zijn kop.’ Hij trekt haar dichter tegen zich aan.
‘Je bedoelt ons.’ Haar hand dwaalt over zijn borst naar zijn buik.
‘Nee, dat niet. Nou ja, ook. Maar …’ Hij pakt haar hand voordat ze te ver afdwaalt.
‘Is er wat thuis? Gaat het niet goed met Anastasia?’
‘Wat? Nee, dat niet.’ De herinnering aan de blik in Anastasia’s ogen dertien dagen geleden, voelt als lood in zijn borst. ’Nee, ik bedoel dat je denkt iemand helemaal te kennen en dan gebeurt er iets waardoor je je realiseert dat je die persoon helemaal niet kent.’
‘Lieverd, ik snap er niks van.’ Ze duwt zich op haar elleboog omhoog. ‘Wat kijk je somber. Probeer je het soms uit te maken?’
‘Wat? Nee, dat moet je niet denken. Als ik jou niet had, dan was ik helemaal radeloos.’
‘Radeloos? Je gaat toch niet scheiden?’ Ze slaat haar hand voor haar mond.
‘Nee, nee.’
‘Echt niet? Want je moet niet denken dat er een toekomst is met mij.’ Ze zucht en schuift bij hem weg. ‘Je gaat het toch allemaal niet verpesten, hè?’ Ze loopt naar de badkamer. Hij hoort haar de douche opendraaien en eronder stappen. Alleen.
—-
NIEUWSBRIEF: Wil je weten waarover mijn volgende roman gaat? In mijn maandelijkse nieuwsbrief vertel ik hier meer over. Je kan je inschrijven met het formulier op mijn homepage.
MEER LEZEN: Mijn laatste roman Nevels is perfect om in dit jaargetijde te lezen. Ook zin in Nevels voor jezelf of als cadeau? De roman is in iedere (online) boekwinkel te koop, te leen in de bibliotheek en te lezen met Koboplus. Een overzicht van al mijn boeken vind je op mijn boekenpagina.
INSTAGRAM: Momenteel gebruik ik Instagram naast mijn maandelijkse nieuwsbrief en wekelijkse zondagverhaal op mijn website. Op Insta vertel ik dan bijvoorbeeld meer over de achtergrond bij de zondagverhalen op mijn website en over mijn schrijfweek. In mijn nieuwsbrief ligt het accent op exclusieve inkijkjes in de roman die ik nu schrijf en niet op Insta of deze website deel. Klik hier voor mijn Instagram en volg mij daar.
Een verhaal dat raakt!
Wat fijn, Ben. Dankjewel!