LANGS MEMORYLANE

‘Oma, u heeft vast nog foto’s van pap toen hij jong was.‘
Ik doe de voordeur achter Natasja dicht ‘Met jou ook alles goed? Ik wilde net thee zetten, wil je ook?’
‘Die heeft u toch nog wel?’ Ze loopt achter mij aan de keuken in.
‘Ik zal zo eens kijken. Maar wat moet jij daarmee?’ Ik duw een schaaltje in haar handen. ‘Kijk jij even in de kelderkast of ik nog wat lekkers heb.’
‘Pap wordt toch vijftig dit jaar. We willen een herinneringsboek van zijn leven maken.’ Natasja opent een pak chocoladebiscuits.

‘Nu weet ik van wie ik mijn slordigheid heb.’ Natasja stort de eerste schoenendoos leeg die we net van zolder haalden. De komende uren vermaken we ons met de foto’s uit het verleden van mijn gezin. Het stapeltje dat Natasja wil gebruiken voor het herinneringsboek groeit gestaag.
‘Blijf je eten?’ Het loopt tegen zessen en we hebben nog een doos te gaan.
‘Gezellig. Ik heb nog geen boodschappen gedaan.’
Ik kijk in mijn koelkast. ‘Zullen we pizza’s bestellen? Ik heb nog wel een fles rosé en een komkommer.’
Natasja schatert. ‘Ik lijk echt op u.’

Na het eten keren we de laatste doos om. Ik haal mijn vingers er door heen en pak er een paar op. ‘Hier zitten denk ik geen foto’s meer van je vader bij. Dit zijn wel heel oude foto’s, zelfs nog van voor mijn trouwen.’
‘Wat gaaf. Zullen we ze bekijken?’ Natasja verdeelt de rest van de rosé over onze glazen.
‘Als je dat leuk vindt.’
‘Foto’s van toen u jong was? Natuurlijk, dat vind ik enig.’ Ze pakt een foto op. ‘Bent u dat?’
Ik knik.
‘Wat was u mooi.’ Ze brengt de foto dicht bij haar gezicht. ‘En verliefd. Moet u eens kijken naar het gezicht van opa. Hij aanbidt u gewoon.’
Ik pak de foto van haar aan. ‘Maar dat is opa helemaal niet. Dat ik die foto bewaard heb.’
‘Wie is dat dan? Had u iemand anders voor opa?’ Natasja haar ogen glinsteren. Ze zet haar ellebogen op tafel en legt haar kin op haar handen.
‘Ach kindje, veel valt er niet te vertellen. Hij heette Herman en ik kende hem van dansles. Alle meisjes wilde met hem dansen maar hij vroeg altijd mij.’ Even stroomt opnieuw het geluksgevoel dat hij mij verkoos, door mijn aderen. ‘Hij ging in dienst en toen zag ik hem niet meer.’
‘Maar hij kwam toch wel op verlof?’
‘Natuurlijk. Maar mijn vriendin had hem toen gearmd met een ander meisje zien lopen en ik zette hem uit mijn hoofd.’ Even voel ik weer de steek in mijn hart toen Henriëtte mij vertelde dat ze Herman met een blond meisje had gezien. Heel wat kussenslopen heb ik daarna doorweekt. Ik drink mijn glas leeg. ‘Wil je koffie?’
‘Blijft u maar zitten. Ik zet wel even.’

‘Nog even over die Herman.’ Natasja zet een kop koffie voor mij neer en gaat tegenover mij zitten. ‘Heeft hij helemaal niks meer laten horen?’
Ik schud mijn hoofd.
‘Wat een slappe hap. Hij heeft u gewoon laten zitten.’
‘Je moet hem niet tekort doen. We waren nog jong en bovendien dacht hij ook dat ik iemand anders had.’ Ik neem een slokje van mij koffie. Au. Ik zet mijn beker neer.
‘Hoe weet u dat?’
‘Later ben ik hem nog eens tegengekomen. ‘
‘Vertel.’ Natasja leunt naar voren, haar gretige blik laat mij glimlachen. Ze lijkt inderdaad op mij.
‘Het was in die tijd dat opa zo ziek was. Ik was even een broodje gaan eten in het ziekenhuisrestaurant. Opeens stond hij voor mij. Hij was op bezoek geweest bij een zieke vriend. Hij vertelde dat Henriëtte hem verteld had dat ik een ander had.’ Mijn hart krimpt samen bij de herinnering. Henriëtte waarvan ik dacht dat ze mijn beste vriendin was. ‘En dat was niet zo. Pas toen kwam ik erachter dat hij ook geen ander had.’
‘Nou en? Een echte man had zich door zo’n kletspraatje niet laten weerhouden. Die was op u afgestapt en had opheldering geëist.’
‘Zoals ik al zei, we waren nog jong.’ Ik haal mijn schouders op en vervolg mijn verhaal. ‘Hij was sinds een paar jaar weduwnaar. Geen kinderen, eerlijk gezegd leek hij mij een beetje eenzaam. We wisselden telefoonnummers uit en hij zou mij nog eens bellen.’ Ik pak mijn inmiddels lauw geworden koffie. Ik denk terug aan die tijd. Vreselijk eenzaam voelde ik mij. Als ik eerlijk ben, heb ik mij altijd afgevraagd hoe het geweest zou zijn als ik met Herman was getrouwd. Ook op latere leeftijd zag er nog goed uit. Fit en slank, hoe anders dan het ronde postuur van Dick. En zijn glimlach liet mij ook toen niet onberoerd.
‘En? Heeft hij u nog gebeld?’ Natasja haalt mij opnieuw terug naar het hier en nu.
Ik schud nee.
‘Nou ja. Hij was dus echt een slappe hap. Maar goed dat het niks werd. Stel je voor zo’n man die in zelfs zoiets geen initiatief neemt. Dan opa, die had altijd de meest onverwachte invallen. Net als pap.’ Natasja babbelt verder. Ik pak nog een oude foto op. Dick op zijn scooter. Onvermijdelijk glijden mijn gedachten terug naar onze eerste ontmoeting: ‘Zeg schoonheid, volgens mij moet jij even opgevrolijkt worden.’ Even is het of ik zijn stem opnieuw hoor en zijn hand die de mijne pakte, voel. ‘Kom.’ Voordat ik doorhad wat er gebeurde had hij mij van het bankje in het park getrokken en zat ik achterop zijn scooter.
‘Oma.’ Natasja legt haar hand op mijn arm.
Ik schrik op. ‘Wat zei je kind. Ik was even met mijn hoofd bij het verleden.’ Ik laat haar de foto zien.
‘Wat gaaf. Opa op een scooter.’
Ik lach. ‘Hij en zijn scooter waren onafscheidelijk. Ik vond het heerlijk achterop. Weet je dat in die tijd een helm niet verplicht was? Ik zat gewoon met een sjaaltje om mijn hoofd achterop. We zijn zelfs zo helemaal naar Zuid-Frankrijk geweest.’
‘Echt waar?’
‘We gingen samen met zijn beste vriend en zijn vriendin. Voor ons huwelijk nog en ik mocht alleen omdat we zeiden dat wij meisjes samen een kamer namen en de jongens ook.’
‘Maar dat deden jullie niet.’ Natasja lacht ook.
‘Natuurlijk niet. Maar het was nog wel een gedoe. Als ongetrouwd stel mocht je samen geen kamer hebben en in het hotel plaatste ze ons meisjes op de eerste verdieping en de jongens op de tweede. Maar het is ons gelukt.’
‘Oma, toch!’ Natasja schater het uit en ik kan niet anders dan met haar meelachen. Ik sta op en pak een zakje papieren zakdoekjes en geef haar er een.
Natasja snuit haar neus. ‘Die vriendin heeft u echt een dienst bewezen. Stel je voor dat u met die saaie Herman getrouwd was en opa nooit ontmoet had. Vreselijk toch?’
Ik pak de foto opnieuw op en een warm gevoel doorstoomt mij. ‘Dank je wel.’ Het glipt eruit en ik vraag mij af wie ik nu eigenlijk bedank.

—-
Dit verhaal is uit het begin van mijn schrijverscarrière. Sindsdien is er veel veranderd in mijn schrijven. ACTUEEL WERK LEZEN: Mijn laatste roman ‘Nevels’ is in iedere (online) boekwinkel te koop, te leen in de bibliotheek en te lezen met Koboplus. Nieuwsgierig naar mijn andere boeken? Een overzicht van al mijn boeken vind je op mijn boekenpagina.
SCHRIJFUPDATES: Wil je weten waarover mijn volgende roman gaat? In mijn maandelijkse nieuwsbrief vertel ik hier meer over. Je kan je inschrijven met het formulier op mijn homepage.

Fijn als je wilt liken en/of delen.

3 reacties

  1. Nelleke Sheldrick op 12 oktober 2025 om 13:27

    Aaah, wat een mooi verhaal!
    En ja: jaloerse (beste) vriendinnen, ook heel herkenbaar. Dat gebeurt zelfs nu nog, maar nu zijn ze wat mondiger 🙂

    • Marceline de Waard op 12 oktober 2025 om 13:35

      Dankjewel, Nelleke!

  2. Anoniem op 12 oktober 2025 om 14:42

    En al die tijd zo actief gebleven met de zondagverhalen, tot nu toe! Prachtig!

Laat een reactie achter